Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ten einde nu [60]der dagen, waarvan de koning gezegd had, [61]dat men hen zou inbrengen, zo bracht ze de overste der kamerlingen in voor het aangezicht van Nebukadnezar, 60. Te weten die drie jaren, waarvan vs.5 gesproken is. 61. Of, dat hij, te weten de overste der kamerlingen, hen zou inbrengen; te weten in het paleis.